Alles stroomt, deel 2a
Alles stroomt, deel 2a
Of hoe de Adelaar en de Hagenaar toch nog het MagischePraag wisten te vinden..(deel 2a)‘Panta rhei’u weet wel: alles stroomt. Ook fietsen is als stromen, beweging, van Den Haag naar Praagbijvoorbeeld. In dit 2e deel neem ik u mee door midden-Duitsland en steken Rinus en ik de groene grens met Tsjechië over. Dat was nog even opletten overigens. Was dat wel de grens? Daar waar dat watertje onder dat weggetje doorsijpelde?
Maar eerst moeten we Nederland verlaten – met een gierpontje steken we het Pannerdens Kanaal over en bereiken langs de Rijn bij Lobith ons buurland (zie eindnoot 1). De dag is stralend, ons humeur ook. De pontbaas vertelt ons dat zijn schip een hulpmotor nodig heeft om over te steken. Bij Tolkamer – de grens dus – hoeven we niet te betalen en rijden verder langs de machtige Rijnstroom – zou de Styx ook zo’n vredige aanblik hebben geboden? (eindnoot 2) Dan ontdekken we nota bene opnieuw een tot industrieel erfgoed verstarde havenkraan, ooit in dienst van de nabijgelegen baksteenfabriek (eindnoot 3). In deel 1 kwam u die bij Nijmegen al tegen. Mijn fietsmaat vindt het maar niks, man van de in paprika’s gespecialiseerde tuinbouw.
Dan naderen we Rees en herkent Rinus een andere afwijking van Cornelis: het fotograferen en documenteren van putdeksels. We zullen er nog tig onder onze wielen vinden en als voorschot toon ik u hier een kwartet van de fraaiste gegoten exemplaren. Kijk en zeg nou zelf!
Nu heeft u wellicht al gezien dat deze bijdrage deel 2a is genoemd. Dat om in 4 afleveringen de 3-delige Stroomreis naar Praag te boekstaven. Maar nu al moet uw auteur zich heftig beperken en kan er van een dagelijks journaal geen sprake zijn. Laten we het dan maar houden bij de rivier de Lippe waar we meerdere dagen mee geconfronteerd worden en waarlangs de Römerroute loopt; de grens van het Romeinse Rijk (eindnoot 4). Vaag herinner ik mij dat die Lippe iets van doen heeft met een Hollands/Duitse prins uit ons jongste verleden, maar belangrijker is natuurlijk dat Asterix en Obelix samen met vele andere Romeinse legionairs tot hier kwamen bij hun opmars – vele eeuwen geleden. We zien onderweg een opgegraven Marschlager waar passanten zoals wij de weg wordt gewezen door dit Romeinse legerkamp.
Maar verder moeten we, alsmaar verder en ofschoon we ons elke dag de tijd gunnen voor een bakje troost ‘met iets lekkers’ erbij, moeten we een enkele keer ons vergenoegen met de snelle Jelles die we beiden van ons thuisfront meekregen. Aardig hè.
Schreef ik in deel 1 dat we alleen maar stralend weer hadden, dan moet ik het nachtelijk onweer met veel regen in de 5e nacht bekennen, maar ’s morgens verheugen we ons op een klim van 10% naar Slot Trendelburg met een grandioos uitzicht. Zie de foto en als contrast hiermee een plaatje van dat riviertje de Lippe – het zou over wateren gaan nietwaar.
Alvorens de bijzondere stad Eisenach te beschrijven wil ik de lezers nog laten delen in de
bijzondere vriendschap tussen Rinus en Cornelis. Want wat dacht u ervan als je niet alleen dagenlang lief en leed onderweg moet delen, met lekke banden, vermoeide ogen, vreselijk slechte wegen en dan die klimmetjes nog, maar ook op je hotelkamer elkaar de rust en ruimte moet gunnen weer bij te komen en de nieuwe dag met frisse tegenzin te begroeten. Nou dat ‘tegen’ mag u vergeten – want hoe als je zo iemand als hiernevens op zijn nest liggend, schaterend de ogen ziet openen om de dag te beginnen…
En dan te bedenken dat de beste man moest aanzien hoe in het plaatsje Gertenbach – mooi
stadje met stadhuis en vakwerkhuizen – de plaatselijke fietsenmaker ontdekt dat de achterband van Cornelis ongeveer aan flarden om de velg zit. En die dacht dat er slechts een slingertje in het wiel zat. Al heeft de man van het Radhaus niet de juiste maat band in voorraad, gelukkig weet hij er een nieuw exemplaar om te doen. Smaller dat wel en dat zullen we weten: later tijdens de zo mooi begonnen stroomtocht zouden de spitse scherpe keienpaadjes waar we volgens Rinus’ heilige GPS-route over moesten zorgen voor fikse lekke banden, maar dat is een ander verhaal. Lees later het hilarische deel 2b er op na.
Op 7 augustus van het jaar onzes Here 2012 bereikt ons duo, fietsend langs de Werra – ‘n echte Duitse naam toch – de rivier was tevens deels de grens met de voormalige DDR – de vermaarde stad Eisenach. Wat, kent u die stad niet? Die van Luther, Bach en Goethe! Dan moeten we dit deeltje maar afsluiten met een stukje reformatie, muziek en cultuur.
Allereerst die grote reformator Luther dus, die hier met zijn gezin woonde en op het nabij gelegen kasteel de Wartburg het Nieuwe Testament (uit de Bijbel weet u wel) in het Duits vertaalde. Ja, de Roomsen moesten het voordien maar geloven van de Paus en het doen met overigens luisterrijke prenten en sculpturen. Staand bij het huis merkt mijn katholieke maatje het afgebeelde grote gezin op dat Maarten Luther via zijn vrouw op de wereld zette (eindnoot 5). Ook dat was een doorbraak Rinus – de afschaffing van het celibaat bij de protestanten, toen al, in de 16e eeuw.
Nadat we ons in een simpele Gasthof hebben geïnstalleerd zoeken we ook het huis op waar Johann Sebastiaan Bach woonde – ook wel Gods eigen componist genoemd en maker van prachtige Cantates en natuurlijk de Matheus Passion (eindnoot 6). Foto’s maken we van alles, ook van zijn statuur. Alleen niet van Goethe, de beroemde Duitse dichter waar televisiemaker Boudewijn Büch zo idolaat van was. Kreeg ik onlangs Italiaanse Reis van de Duitse litteraire reus van haar, gelukkig ben ik in Eisenachs kwaliteitsboekhandel Goethes laatste reis te vinden voor haar. Mooi verpakt gaat het kleinood mee in de tas voor de verdere fietsreis naar Praag, de treinreis via Berlijn naar Utrecht en dan naar de Haagse Valkenboskade.
En hiermee beste lezers en lezeressen zijn we vanzelf bij het tipje van de sluier omtrent dat geheimzinnige minnaresje van uw auteur. Ach, geen ruimte meer – laten we het onthullen in deel 2b…
En hiernaast nu eens geen huis van…, maar de titel van een geliefd lied van Maarten Luther: Ein feste Burg ist unser Gott
Cornelis de Kler
1) Van Dale over Gierpont: pont op een rivier die, aan een ketting bevestigd, door de werking van de stroom langs een kabel van de ene naar de andere oever vaart. Gieren is heen en weer gaan;
2) De Styx is de voornaamste van de zeven rivieren in de Griekse mythologische onderwereld.
3) De bij Stork in Hengelo gebouwde kraan werd door de Hollandsch-Duitsche Steenfabrieken gebruikt voor de aanvoer van steenkolen en zand en het laden van schepen met gebakken stenen.
4) In het jaar 47 na Chr. werd de hoofdstroom van de Rijn de noordgrens – de Limes – van het Romeinse Rijk. Versterkingen in ons Groene Hart zijn er o.a. bij Katwijk, Alphen a/d Rijn, Zwammerdam en Woerden.
5) Mocht u aan Martin Luther King denken – dat was de in de vorige eeuw vermoorde zwarte predikant uit de VS, de strijder voor gelijke rechten voor blank en zwart, bekend ook van: I have a dream.
6) Uw auteur kan het niet laten om hier de maandelijkse Bachcantates te noemen zoals die al in een reeks van jaren worden uitgevoerd tijdens de diensten in de Kloosterkerk te Den Haag. www.kloosterkerk.nl